2019_NL_FISCHER_EBRUIKERSHANDLEIDING_web[1]

Diese interaktive Publikation wurde mit FlippingBook erstellt, einem Service für das Online-Streaming von PDF-Dateien. Ohne Download oder Wartezeit. Öffnen und gleich lesen!

NL ORIGINELE GEBRUIKERSHANDLEIDING FISCHER PEDELECS ORIGINELE GEBRUIKERSHANDLEIDING PEDELEC 2019 | E-CITY / E-TREKKING / E-MTB

Onderdelen City-Pedelec

Frame

Stuurpen Display Stuur met handgreep

Onderbuis Zadelbuis Stuurbuis

4 3 2 1 5

Handremgreep Schakelgreep

Liggende achtervork Staande achtervork

Remkabel/-leiding Versnellingskabel Stuurlagers of stuurpen

Zadel Zadelpenklem, evt. met snelspanner Bagagedrager Accu Achterlamp met

3

1

Koplamp met reflector Voorwielspatbord Velgremmen Verende voorvork veiligheidsbevestiging Voorwielspatbord Naafmotor Wiel: Spaken Reflecterende ring Velg Ventiel Banden

geïntegr. Reflectoren Geveerde zadelpen

Velgremmen Reflectoren Achterspatbord Spatbordbuis Ketting Uitvaleinde Dynamo Zijstandaard Frameslot Kettingblad Crank-as Pedaal

2

5

7

6

4

6 Bevestiging voorwiel (naaf / steekas / snelspanner)

7 Bevestiging voorwiel (naaf / steekas / snelspanner)

Op de afbeeldingen in de omslag ziet u de gangbare Pedelecs. De door u gekochte Pedelec kan er anders uitzien. Deze handleiding beschrijft de volgende categorieën Pedelecs: City/Trekking en MTB. Deze handleiding geldt alleen voor de fietstypes die op de omslag vermeld zijn, en met welke deze wordt meegeleverd.

1

Onderdelen Trekking-Pedelec

Frame

Stuurpen Display Stuur met handgreep Schakelgreep Handremgreep Versnellingskabel Stuurlagers of stuurpen Remkabel/-leiding Koplamp met reflector Verende voorvork Schijfremzadel Remschijf Wiel: Voorwielnaaf Spaken Reflecterende ring Velg Ventiel Band of buitenband Voorwielspatbord

Bovenbuis Onderbuis Zadelbuis Stuurbuis

6 5 4 3 2 1

Liggende achtervork Staande achtervork

Zadel Zadelpen Zadelpenklem, evt. met snelspanner Bagagedrager Achterlamp met geïntegr. Reflectoren Achterspatbord Ketting Naafmotor Spatbordbuis

4

1

3

2

6

7

8

Zijstandaard

5

Kettingblad Crank-as Pedaal

7 Bevestiging achterwiel (naaf / steekas / snelspanner)

8 Bevestiging voorwiel (naaf / steekas / snelspanner)

Op de afbeeldingen in de omslag ziet u de gangbare Pedelecs. De door u gekochte Pedelec kan er anders uitzien. Deze handleiding beschrijft de volgende categorieën Pedelecs: City/Trekking en MTB. Deze handleiding geldt alleen voor de fietstypes die op de omslag vermeld zijn, en met welke deze wordt meegeleverd.

2

Onderdelen MTB-Pedelec

Frame

Stuurpen Stuur met handgreep Display Handremgreep Schakelgreep Stuurlagers of stuurpen

Bovenbuis Onderbuis met geïntegreerde accu

6 5 4 3 2 1

Zadelbuis Stuurbuis

Liggende achtervork Staande achtervork

Versnellingskabel Remkabel/-leiding

Zadel Zadelpen Zadelpenklem, evt. met snelspanner

4

1

Accuslot

2

Achtervorkvering Remschijf Schijfremzadel Tandwielcassette

Verende voorvork Schijfremzadel Remschijf

3

6

7

8

Uitvaleinde Versnelling Ketting Elektrische aandrijving Crank-as Pedaal

Wiel: Voorwielnaaf Spaken Band of buitenband Velg Ventiel

5

7 Bevestiging achterwiel (naaf / steekas / snelspanner)

8 Bevestiging voorwiel (naaf / steekas / snelspanner)

Op de afbeeldingen in de omslag ziet u de gangbare Pedelecs. De door u gekochte Pedelec kan er anders uitzien. Deze handleiding beschrijft de volgende categorieën Pedelecs: City/Trekking en MTB. Deze handleiding geldt alleen voor de fietstypes die op de omslag vermeld zijn, en met welke deze wordt meegeleverd.

3

Inhoud Onderdelen City-Pedelec Onderdelen Trekking-Pedelec Onderdelen MTB-Pedelec

Gemonteerde toebehoren

1 2 3 4 5

Stuurpositie / stuurpen instellen

20 20 21 21 22

40 40 40 41 41 41

Speedlifter Twist

Verlichting Spatborden

Remhendels instellen

Terugtraprem

Bagagedragers

Inhoud

Voorwielbagagedrager

Kinderen

Fietskarren

Inleiding

Kinderen en Pedelecs 22 Het meenemen van kinderen/kinderkar 22 Frame 23 Vering 24 Geveerd frame en veerelementen 24 Onderhoud en reparatie 26 Ketting 26 Wielen 27 Velgen / banden 28 Banden en luchtdruk 29 Hoe te handelen bij een lekke band in het geval van een gewone band 30 Remmen 32 Versnellingen 35 Controleplan 36 Smering 38 Boutverbindingen 39 Niet gemonteerde accessoires 39 Niet gemonteerde bagagedrager 39 Bar-ends/Stuuruiteinden 40

Transport 42 Vervangen van onderdelen van de Pedelec 44 Verboden om de Pedelec op te voeren 45 Garantie en aansprakelijkheid bij gebreken 46 Garantie 46 Milieutips 47 Colofon 48 Service 48 Controle 49 Overleggen documentatie 50 Fietsidentificatie 52 EG-/EU-Conformiteitsverklaring 53 Reparatie- en reclamatieformulier 54 Reparatie- en reclamatieformulier 55 Reparatie- en reclamatieformulier 56 Reparatie- en reclamatieformulier 57

Veiligheidsinstructies 6 Informatie over elektriciteit en elektronica 7 Opladen 8 Oplader 8 Onderhoud en verzorging 8 Slijtage en garantie 8 Vóór de eerste rit 9 Vóór elke rit 10 Als u gevallen bent 11 Gebruik volgens de voorschriften 13 Type 1: Trekking-Pedelecs 14 Type 2: City- en Tour-Pedelecs 14 Type 3: Mountain-Pedelecs 14 Aanpassing aan de fietser 15 Snelspanners en steekassen gebruiken 15 Steekassen 16 Pedalen monteren 18 Zitpositie instellen 18 Zadelhoek instellen 19

4

Inleiding Beste klant,

veiligheidsrelevante informatie alstublieft serieus - uw veronachtzaming kan ernstige ongevallen of financiële schade tot gevolg hebben. Vanwege de ingewikkelde techniek van een moderne Pedelec hebben we alleen de belang- rijkste punten beschreven. Daarnaast heeft deze gebruikershandleiding uitsluitend betrekking op de Pedelec, waarbij deze geleverd wordt. Voor bijzondere technische details dient u de bijgeleverde instructies en handleidingen van de afzonderlijke fabrikanten van de toegepaste on- derdelen te bekijken. Neem als er iets niet duide- lijk is contact op met onze service-hotline. Voordat u aan het wegverkeer deelneemt, dient u op de hoogte te zijn van de geldende na- tionale voorschriften. Hier volgen echter enkele aanwijzingen waar de fietser eveneens rekening mee dient te houden: • Zet altijd een aangepaste en geschikte Pedelec- of fietshelm op vóór elke rit! • Draag bij het fietsen altijd lich- te (sport)kleding met reflecte- rende elementen; dat is belangrijk om GEZIEN TE WORDEN. • Nauwsluitende broekspijpen zijn verplicht, ge- bruik zo nodig broekklemmen. Uw schoenen dienen stevige antislipzolen te hebben. • Fiets nooit zonder handen! • Lees in de handleiding van de fabrikant van de helm meer over de correcte draagwijze van de helm.

Om te beginnen zouden wij u graag wat belang- rijke informatie over uw nieuwe Pedelec willen meedelen. Deze informatie helpt u de techniek beter te gebruiken en risico’s te vermijden. Lees deze gebruikershandleiding alstublieft zorgvuldig door en bewaar deze goed. Uw Pedelec kan op diverse manieren gemon- teerd aan u geleverd zijn. Om een veilig gebruik te garanderen, moe- ten eerst enkele montagewerkzaamheden en instellingen worden uitgevoerd. Lees hiervoor beslist de meegeleverde montagehandleiding. Wend u voor alle werkzaamheden die betrekking hebben op de veiligheid en andere belangrijke werkzaamheden tot onze service-hotline en laat deze werkzaamheden over aan een deskundige/ Fischer servicemonteur. Er wordt verondersteld dat de gebruikers van deze Pedelec over basale en voldoende kennis aangaande de omgang met fietsen/Pedelecs be- schikken. Alle personen die deze Pedelec • gebruiken, • repareren of onderhouden, • reinigen, • of afvoeren, dienen kennis te hebben genomen van de in- houd en de betekenis van deze gebruikershand- leiding deze begrepen te hebben. Indien u nog andere vragen heeft of iets niet helemaal heeft begrepen, kunt u contact opnemen met onze ser- vice-hotline. Alle informatie uit deze gebruikershandleiding heeft betrekking op opbouw, techniek alsmede op onderhoud en reiniging. Neem deze vaak

Ook al heeft u al ervaring met Pedelecs, lees toch in ieder geval eerst het hoofdstuk “Vóór de eerste rit” en voer de belangrijke controles uit die staan vermeld in het hoofdstuk “Vóór elke rit”! Houd er rekening mee dat u als u deelneemt aan het verkeer met de Pedelec aan gevaren bent blootgesteld. Bescherm uzelf en anderen door verantwoor- delijk en veilig te fietsen! Aanwijzingen voor ouders en verzorgers: Als voogd bent u verantwoordelijk voor de han- delingen en de veiligheid van uw kind. Hiertoe behoort ook de verantwoordelijkheid voor de technische staat en het op maat afstellen van de Pedelec. Het kind moet ook geleerd zijn hoe het veilig met de Pedelec moet omgaan. Verzeker u ervan dat uw kind het veilige en verantwoordelijke ge- bruik van de Pedelec in het verkeer waarin hij of zij zich bevindt heeft geleerd en begrepen.

5

Veiligheidsinstructies Lees zorgvuldig alle waarschuwingen en aan- wijzingen in deze gebruikershandleiding door, voordat u de Pedelec in gebruik neemt. Bewaar deze gebruikershandleiding altijd in de buurt van uw Pedelec, zodat u de handleiding altijd ter be- schikking heeft. Lees in elk geval voorafgaand aan de eerste rit de hoofdstukken “Vóór de eerste rit” en “Vóór elke rit”! Als u uw Pedelec aan derden ter beschikking stelt, dient u deze gebruikershandleiding ook door te geven. In deze handleiding vindt u vijf gebruiksaan- wijzingen: belangrijke informatie over uw nieuwe Pedelec en het gebruik ervan, informatie over mogelijke schade aan eigendommen en het mili- eu, en waarschuwingen voor mogelijke valpartij- en en ernstige schade, ook van fysieke aard. De vierde aanwijzing houdt in dat u het juiste draai- moment moet aanhouden, zodat onderdelen niet losraken of breken. De vijfde gebruiksaanwijzing herinnert u eraan dat u de meegeleverde bedie- nings- en montage-instructies zorgvuldig dient te bestuderen. Als u deze symbolen ziet, bestaat elke keer het risico dat het beschreven gevaar werkelijk optreedt! Datgene waarvoor de desbetreffende waar- schuwing geldt, is weergegeven met een grijs vlak.

De aanwijzingen zijn als volgt vormgegeven:

39. Om het precieze aandraaimoment in acht te kunnen nemen, dient u een moment- sleutel te gebruiken. Laat dit aandraaien over aan een deskundige/Fischerservice- monteur als u geen momentsleutel heeft! Onderdelen die niet correct zijn aange- draaid, kunnen losraken of breken! Dit kan leiden tot een ernstige val! Gebruikershandleiding Lees alle instructies die met het voertuig zijn meegeleverd. Neem contact op met onze ser- vice-hotline als u twijfelt over een onderwerp in deze handleiding. Controleer steeds of alle snelspanners nog goed vastzitten, telkens wanneer uw Pedelec, als is het maar heel even, buiten uw zicht heeft ge- staan! Controleer regelmatig of schroeven en onderdelen goed vastzitten. Deze gebruikershandleiding gaat ervan uit dat u kunt fietsen. Dit is geen handleiding om te leren fietsen. Het is ook niet de bedoeling dat u deze informatie gebruikt om de Pedelec in elkaar te zetten of te repareren. Het is belangrijk dat u zich er altijd van bewust bent dat fietsen gevaar met zich mee kan bren- gen. Als fietser loopt u altijd een bepaald risico. Wees u zich er altijd van bewust bent dat u niet zo beschermd bent zoals bijvoorbeeld in een auto. U heeft geen airbag en geen carrosserie.

Opmerking dit symbool duidt op informatie over het gebruik van het product of het desbetreffende onderdeel van de gebruikershandleiding, waar bijzon- dere aandacht voor is vereist.

Waarschuwing dit symbool waarschuwt voor on- juist gedrag, dat materiële schade of milieuschade tot gevolg heeft. Gevaar dit symbool wijst op een moge- lijk gevaar voor uw leven en uw gezondheid indien de voorge-

schreven handelswijze niet wordt nageko- men, resp. indien de juiste voorzorgsmaat- regelen niet worden getroffen.

Belangrijke boutverbinding hier dient bij het aandraaien het exacte aandraaimoment in acht te worden genomen. Het cor-

recte aandraaimoment is op het onderdeel weergegeven of kan worden opgezocht in de tabel met aandraaiwaarden op pagina

6

Informatie over elektriciteit en elektronica Bij uw Pedelec zit een passende handleiding van de onderdelenfa- brikant van de gebruikte motor. Alle technische gegevens en informatie over de bediening en het onderhoud vindt u in deze handleiding en op de website van de onder- delenfabrikant. De elektrische installatie van uw Pedelec is erg krachtig. Voor een juist en veilig gebruik is het noodza- kelijk dat uw Pedelec regelmatig wordt on- derhouden door een deskundige/ Fischer-servicemonteur. Verwijder de accu onmiddellijk wanneer u beschadigingen aan de elektrische installatie opmerkt of wan- neer er elektrische onderdelen blootliggen na bijvoorbeeld een val of ongeval. Voor vragen, problemen, defecten en reparaties dient u altijd contact op te nemen met onze service-hotline. Gebrek aan vakkennis kan leiden tot ernstige ongevallen en schade! Laat kinderen nooit zonder toezicht of zonder uitvoerige instructies met een Pedelec rijden! Breng kinderen op de hoogte van de gevaren van het ge- bruik van elektrische apparaten.

Toch bent u sneller en kunt u over delen van de weg rijden die niet zijn toegestaan voor een voet- ganger. Let daarom goed op andere deelnemers aan het verkeer. Fiets nooit met een koptelefoon op en tele- foneer niet tijdens het fietsen met uw Pedelec. Fiets niet als u niet in staat bent uw rijgedrag vol- ledig onder controle te houden. Dat geldt in het bijzonder als u medicijnen, alcohol of verdoven- de middelen gebruikt hebt.

Denk eraan dat u met uw Pedelec veel sneller rijdt dan bij een gewone fiets zonder elektrische aandrijving. Andere weggebruikers kunnen dit verkeerd inschatten. Gebruik uw Pedelec alleen vol- gens de voorschriften. Neem contact op met onze service-hotline wanneer u iets niet dui- delijk is over het gebruik van uw Pedelec. De moderne Pedelec-techniek is High Tech! Werkzaamheden hier- aan vereisen vakkennis, ervaring en speciale gereedschappen! Voer werk- zaamheden aan uw Pedelec niet zelf uit! Neem bij vragen over reparaties, onderhoud en het herstel van uw Pedelec contact op met onze service-hotline! Uw Pedelec kan een zogenaamde “looponder- steuning” hebben die de Pedelec tot max. 6 km/h laat voortbewegen, zonder dat u hoeft mee te trappen. De loopondersteuning dient als hulp als u bijv. een steile helling uit een ondergrondse stalling of tunnel omhoog moet lopen. Hij is niet geschikt om mee te fietsen.

• Pas bij een natte of gladde weg uw rijstijl dienovereenkomstig aan. Rijd langzamer en rem voorzichtig en op tijd, omdat de rem- weg hierdoor duidelijk langer is. • Pas uw snelheid aan het terrein en uw rijvaar- digheid aan.

7

• Schoonmaken met een hogedrukspuit kan lei- den tot schade aan de elektrische installatie. Door de hoge druk kan de reinigingsvloeistof immers ook in afgedichte onderdelen terecht- komen en deze onderdelen beschadigen. • Zorg ervoor dat kabels en elektrische onder- delen niet beschadigd raken. Wanneer dit wel is gebeurd, mag de Pedelec niet meer worden gebruikt tot een deskundige/Fischer-service- monteur hem heeft gecontroleerd! Slijtage en garantie Houd er rekening mee dat onderdelen van de Pedelec aan een grotere mate van slijtage on- derhevig zijn, dan bij een fiets zonder extra aan- drijving het geval is. Dat is te wijten aan het hoge- re gewicht van de fiets en de hogere gemiddelde snelheid die u dankzij de aandrijving bereikt. Deze grotere mate van slijtage is geen verborgen gebrek en valt dus niet onder de garantie. Typische onderdelen die snel verslijten zijn: • Banden • Remvoeringen • Aandrijfonderdelen • Spaken De accu veroudert geleidelijk en is daarom ook een aan slijtage onderhevig onderdeel. Denk er- aan dat de accu steeds minder bereik heeft naar- mate hij ouder wordt en vaker gebruikt wordt. Houd daar rekening mee wanneer u uw fietstocht plant en vervang indien nodig uw oude accu tijdig door een nieuw exemplaar. Informatie over rui- laccu’s of vervangende accu’s kunt u krijgen bij onze service-hotline.

Bij het gebruik van de looponder- steuning moeten beide wielen altijd op de grond staan. Anders bestaat

Let op: bij een plotselinge tempera- tuurwisseling van koud naar warm kan er condenswater vormen op de accu. Dat kunt u vermijden door de accu steeds in dezelfde ruimte te bewaren als waar u hem oplaadt. Laad de accu uitslui- tend op met behulp van de meegeleverde of een door ons goedgekeurde oplader. An- ders kan er brand uitbreken.

de kans dat u ernstig letsel oploopt.

Opladen

Laad de accu van uw Pedelec nooit op zonder dat er toezicht op is of als er niemand aanwezig is.

Onderhoud en verzorging

Bij sommige modellen is het mogelijk om de accu op te laden wanneer die nog aan de Pedelec is be- vestigd. Raadpleeg daarvoor de bijgevoegde ge- bruikershandleiding van de onderdelenfabrikant. Oplader • Gebruik alleen de originele of een door de fa- brikant goedgekeurde oplader. • Gebruik de oplader alleen in droge ruimtes en dek hem na gebruik nooit af. Dan kan er im- mers kortsluiting ontstaan of brand uitbreken. • Trek altijd eerst de stekker uit het stopcontact voordat u de oplader reinigt. • Raadpleeg de aanwijzingen op de oplader voor u de accu oplaadt.

Schakel voor elk reparatie/controle van uw Pedelec het elektrische systeem uit en haal de accu uit de

houder.

• Onderhoud en reiniging van geopende onder- delen waar spanning op kan staan, mag al- leen worden uitgevoerd door een deskundige/ Fischer-servicemonteur! • Laat de onderdelen van uw Pedelec alleen vervangen door originele of door de fabrikant goedgekeurde wisselstukken. Anders komt uw garantie in het gedrang. • Voor u uw Pedelec reinigt, verwijdert u eerst de accu. • Als u de accu schoonmaakt of reinigt, let u er dan op dat u geen contacten aanraakt en zo verbinding maakt. Als ze onder spanning staan, kunt u zich verwonden en de accu be- schadigen.

8

Vóór de eerste rit

Versnelling

Verende vork

Test het rijden en bedienen van uw Pedelec altijd uit op een rustig, ver- keersvrij terrein voor u de straat

Als uw Pedelec rubberen of kunst- stof pedalen heeft, dient u ver- trouwd te raken met de steun die ze bieden. Bij nat weer worden rubberen en kunststof pedalen erg glad!

Elektrische aandrijving

opgaat!

Indien u na het lezen van dit document nog vra- gen hebt, staat onze service-hotline graag tot uw beschikking. Zorg ervoor dat de Pedelec rijklaar is en op u is afgesteld. Dit betekent: • een comfortabele en veilige stand en bevesti- ging van het zadel (zie pagina 19); • een comfortabele en veilige stand en bevesti- ging van het stuur (zie pagina 20); • montage en instelling van de remmen (zie pa- gina 21); • goed afgestelde remhendels (zie pagina 21); • leer welke remhendel van de voor- (linker rem- hendel) en de achterrem (rechter remhendel) is; • bevestiging van de wielen in het frame en de voorvork. Moderne remsystemen kunnen een wezenlijk sterkere en afwijkende remwerking hebben ten opzichte van een gewone fiets! Oefen voor u gaat fiet- sen op een veilige en verkeersvrije plaats de bediening van de remmen! Denk eraan dat de werking van de remmen bij regenweer en op een gladde ondergrond kan afwijken van gewoon gebruik en dat dit gevaarlijk kan zijn. Pas uw rijgedrag aan op een mogelijk lange- re remweg en gladde ondergrond!

Duw altijd de remmen van uw Pede- lec in voor u uw voeten op de peda- len zet! De motor wordt automatisch ingeschakeld wanneer u op de pedaal trapt. Dit soort aandrijving bent u waarschijnlijk niet gewend en kan dus tot valpartijen, ge- vaarlijke situaties, verkeersongevallen en ernstige verwondingen leiden.

Veiligheidsrisico’s tijdens het ge- bruik en onderhoud Niet alleen tijdens het gebruik van uw fiets, maar ook tijdens het onderhouden ervan zijn er risico’s verbonden aan bewe- gende en roterende onderdelen. Draag bij- voorbeeld geen wijde kleding die verstrikt kan raken. Blijf uit de buurt van draaiende onderdelen (wielen, remschijven, tandwie- len) tijdens het gebruik en onderhouden van de fiets, en raak geen bewegende, spitse of uitstekende delen (cranks, pedalen) aan. Zorg ervoor dat de wielen veilig in het frame en de vork zijn bevestigd. Controleer of alle snel- spanners, steekassen en alle belangrijke beves- tigingsbouten en -moeren goed vastzitten (zie pagina 15 en 39).

1

2

Lees zorgvuldig alle waarschuwin- gen en aanwijzingen in deze ge- bruikershandleiding door voordat u

de Pedelec gaat gebruiken.

Lees daarnaast ook de gebruikershandleidingen van de verschillende fabrikanten van onderdelen die u bij uw Pedelec hebt ontvangen of via inter- net verkrijgbaar zijn.

9

Vóór elke rit Controleer vóór elke rit: • of de bel en de verlichting het doen en goed vastzitten. • of de remmen goed werken en alles goed vast- zit. • of de leidingen en aansluitingen dicht zijn in- dien u een hydraulische rem gebruikt. • banden en velgen op beschadigingen, een goede draaiing en op scherpe voorwerpen die in de band zijn gekomen, vooral na ritten op onverharde wegen. • de banden op voldoende profieldiepte. • functie en stevige bevestiging van veerele- menten. • of schroeven, moeren, steekassen en snel- spanners goed vastzitten (zie pagina 15 en 39), ook als de fiets maar een korte tijd zon- der toezicht heeft gestaan. • het frame en de voorvork op vervormingen en beschadigingen. • stuur, stuurpen, zadelpen en zadel op een correcte en veilige bevestiging alsmede op de juiste positie. • zadelpen en het zadel goed vastzitten. Pro- beer het zadel te draaien en naar boven en onder te kantelen. Het zadel moet niet kunnen bewegen. • Als u met klik-/systeempedalen rijdt: Voer dan een functietest uit. De pedalen dienen pro- bleemloos en eenvoudig los te kunnen klikken.

Til de Pedelec iets op en laat hem van ca. 10 cm hoogte weer op de grond neerkomen. Als u iets hoort klapperen of andere ongewone geluiden hoort, neem dan voor u gaat fietsen contact op met onze service-hotline. Schuif de Pedelec met ingetrokken handrem- men vooruit. De aangetrokken achterrem moet het achterwiel blokkeren, de aangetrokken voor- rem moet ervoor zorgen dat het achterwiel los- komt van de grond. Maak op een veilige plaats een eerste testrit om aan de nieuwe remmen te wennen! Moderne remmen kunnen een heel ander remgedrag vertonen dan u gewend bent. Ook mag hierbij de besturing niet ratelen of spe- ling vertonen. Controleer de bandenspanning. De voorge- schreven bandenspanning vindt u op de zijkant van de banden. Neem de aanwijzingen voor de minimale en maximale toegestane spanning in acht! Wanneer niet anders aangegeven, geldt 2,5 bar / 36 PSI als geschikte spanning voor de meeste banden. Wanneer de band smaller is dan 30 mm / 11/8" moet deze met 4 bar / 58 PSI gevuld worden. Bij benadering, bijv. als u onderweg bent, kunt u de bandenspanning op volgende wijze contro- leren: Als u uw duimen op de opgepompte band legt, mag de band ook als u hard duwt niet sterk vervormen. Controleer ook of de max. bandenspanning op de velg staat aangegeven. De aangegeven max. druk mag niet overschreden worden. Controleer banden en velgen. Zoek naar be- schadigingen, scheuren en vervormingen, bin- nengedrongen vreemde deeltjes, bijv. glassplin- ters of scherpe stenen.

Als u sneden, scheuren of gaten aantreft, fiets dan in geen geval verder! Neem contact op met onze service-hotline. Daarnaast moet u de volgende belangrijke on- derdelen van uw Pedelec controleren: • Controleren of de accu stevig vastzit. • Controleer of de accu nog voldoende opgela- den is voor uw fietstocht. • Leer de werking van het bedieningspaneel kennen. Door de efficiëntie van de aandrij- ving worden u als Pedelec-bestuur- der hogere belastingen en versnel- lingen dan een gewone fietsbestuurder. Houd daar rekening mee. Neem regelmatig rustpauzes, vooral tijdens lange ritten en wanneer u in korte tijd lange ritten maakt.

10

Als u gevallen bent

Controleer dan de hele Pedelec op veranderingen. Dit kunnen stoten en scheuren in het frame en de voor- vork zijn, maar ook verbogen onderde- len. Ook wanneer onderdelen zoals

• Controleer of beide remmen volledig werken. • Ga niet rijden zonder gecontroleerd te hebben of de ketting goed op het tandwiel en rondsel ligt. Deze moet volledig over het kettingwiel lopen. Als u rijdt en de ketting valt van een tandwiel af, dan kan dit leiden tot een val of ernstig letsel. Als onderdelen van aluminium ver- vormen, kunnen ze plotseling bre- ken. Gebruik geen onderdelen die, bijvoorbeeld na een val, vervormd of verbo- gen zijn. Vervang dergelijke onderdelen altijd. Als u merkt dat er iets veranderd is aan uw Pe- delec, rijd dan NIET verder. Schroef losse onder- delen niet vast zonder ze eerst te controleren en gebruik altijd een momentsleutel. Neem contact op met onze service-hotline, beschrijf de val en laat de Pedelec controleren!

Als u niet helemaal zeker weet of de Pedelec in een goede staat is, ga er dan niet op fietsen. Neem contact op met onze service-hotline. Vooral als u de Pedelec intensief gebruikt voor sportdoel- einden of dagelijks gebruik, moet u alle be- langrijke onderdelen regelmatig door een deskundige/Fischer servicemonteur laten controleren. Frame en voorvork, onderdelen van de fietsophanging en andere veilig- heidsrelevante componenten zoals remmen en wielen zijn onderhevig aan sterke slijtage die de veiligheid van de onderdelen kan be- ïnvloeden. Als u de voorgeschreven ge- bruiks- en levensduur van componenten overschrijdt, kunnen deze plotseling in ge- breke blijven. Dan kunt u vallen of ernstig letsel oplopen. Ook na een val of als uw Pedelec is omgevallen, moet u deze testen uit- voeren voordat u verder rijdt! Alumi- nium onderdelen kunnen niet veilig terug worden gebogen. Neem contact op met onze service-hotline.

het stuur of het zadel verschoven of gedraaid zijn, moet u deze onderdelen goed controleren op werking en positie. • Bekijk het frame en de voorvork zorgvuldig. Als u vanuit verschillende hoeken naar het opper- vlak kijkt, zijn vervormingen meestal duidelijk zichtbaar. • Bekijk of het zadel, de zadelpen, stuurvork of het stuur zich nog in de juiste positie bevinden. Als dit niet het geval is, draai of buig het on- derdeel dan NIET terug vanuit de gewijzigde positie, zonder de bijbehorende schroefverbin- dingen te openen. Houd bij het vastzetten van de onderdelen altijd het voorgeschreven aan- haalmoment aan. Meer hierover vindt u op pa- gina 39 en in het hoofdstuk “Snelspanners” op pagina 15. • Test of beide wielen goed en vast in het frame en de voorvork zitten. • Beweeg het wiel naar voren en achteren en draai het voor- en achterwiel rond. De velg moet recht en zonder slag door de remmen lopen. De banden mogen de remmen niet ra- ken. Bij wielen met schijfremmen ziet u aan de afstand tussen het frame of de voorvork en de banden of het wiel rond loopt.

11

Wettelijke bepalingen Er zijn verschillende soorten Pede- lecs en E-Bikes verkrijgbaar, waar- voor in de Europese Unie verschil- lende wetten gelden. Een Pedelec (Pedal Electric Cycle)

Afwijkende regels voor S-Pedelecs / E-Bikes Wanneer er ondersteuning is boven de 25 km/u is er geen sprake van een Pedelec / e-bike zoals bedoeld in de richtlijn 2002/24/EG die inmiddels is komen te vervallen. Conform de EU-verorde- ning 2013/168/EU die op dit moment geldt, be- staat de plicht van een typegoedkeuring/individu- ele toelating.

Info

is een fiets die elektrische ondersteuning biedt wanneer u de pedalen voortduwt. De motor is goed voor maximaal 250 watt (GB: 200 watt), en de snelheidsbegrenzing ligt op maximaal 25 km/u. Daarom is het ook een fiets waarvoor u geen kenteken nodig hebt. De S-Pedelec is een snellere variant. Ook hier wordt u ondersteund wanneer u op de pedalen trapt. Echter beschi- kt deze fiets over een sterkere motor van 350 tot 500 watt en een snelheidsbegrenzing van 45 km/u. Hij geldt daarom afhankelijk van de plaats waar hij wordt gebruikt als bromfiets, lich- te motor of motorfiets en moet in Nederland een vergunning hebben en verzekerd zijn. Informeer naar de voor u geldende nationale voorschriften! Op uw fiet- spas staat het juiste type Pedelec aangeduid. U dient zich te allen tijde aan de wettelijke bepalingen te houden. Vraag meer informatie bij uw fietsenhandelaar.

EU Een Pedelec is volgens het EU-recht on- derworpen aan dezelfde regels als een gewone fiets. Ook het gebruik van fietspaden is hetzelfde als bij een gewone fiets. Zowel buiten de EU als binnen de EU kunnen specifieke voor- schriften gelden. Informeer naar de voor u gel- dende nationale voorschriften! Informeer naar de geldende wetten in uw land over het gebruik van fietspaden met uw Pedelec. De voorschriften wat betreft het gebruik van een Pedelec en de daaraan verbonden vereisten wat betreft minimumleeftijd, toestemming om hem te besturen, officiële toelating en verplichting tot het dragen van een helm kunnen in diverse landen verschillend zijn geregeld. Hetzelfde geldt voor het verplichte gebruik van fietspaden. Informeer naar de voor u geldende wetten.

Conform het EU-recht geldt: • dat een snelle Pedelec (S-Pedelec) wetteli- jk een lichte tweewielige bromfiets is die valt onder de klasse L1e, subklasse L1-eB (brom- fiets). • Wanneer er met motorondersteuning wordt gereden, mag de snelheid van 18 km/h niet overschreden worden. • De motor wordt uitgeschakeld wanneer u een snelheid van ca. 45 km/u hebt bereikt. • U dient in het bezit te zijn van een rijbewijs. U dient in het bezit te zijn van een bromfiets- rijbewijs. • Indien u een Nederlands autorijbewijs heeft, mag u ook op de Pedelec rijden.

Controleer of uw aansprakelijk- heidsverzekering mogelijke schade dekt die door de Pedelec veroor-

zaakt wordt.

12

Gebruik volgens de voorschriften

Snelle Pedelecs / E-Bikes en fietspaden Als u uw snelle Pedelec zonder motorondersteu- ning gebruikt, dan mag u gebruikmaken van alle fietspaden. Indien u gebruikmaakt van de motor, geldt het volgende: met uw snelle Pedelec moet u, net als met brommers, buiten de bebouwde kom op fietspaden rijden en mag u max. 40 km/u rijden. Indien dit bij wijze van uitzondering niet is toegestaan, wordt dit bij het fietspad aange- geven met een extra bord: verboden voor brom- mers. Binnen de bebouwde kom mogen snelle Pedelecs 45 km/u en moeten ze op de rijbaan rijden. Als ze toch op het fietspad rijden, mogen ze max. 30 km/u.

• Informeer naar de voor u geldende wetten voordat u aan uw rit begint! • Er bestaat een helm- en verzekeringsplicht. Informeer voordat u gaat rijden naar de voor u geldende wetten. • Onderdelen dienen uitsluitend door identieke originele onderdelen vervangen te worden. Andere onderdelen mogen alleen worden gemonteerd als ze zijn goedgekeurd voor uw snelle Pedelec. Dealers zijn eventueel in het bezit van lijsten met alternatieve onderdelen die ook zijn goedgekeurd voor uw snelle Pe- delec. • Kinderzitjes mogen alleen op de snelle Pede- lec worden gemonteerd na uitdrukkelijke vrij- gave van de fabrikant van de snelle Pedelec. • Fietskarren voor personen zijn niet toege- laten voor snelle Pedelecs, ook niet na even- tuele vrijgave van de fabrikant van de snelle Pedelec of de fietskar. • De alcoholgrens die wordt aangehouden is gelijk aan die bij het besturen van een personenauto, afhankelijk van de geldende wetgeving. Deze regels gelden voor u als u zich bevindt in het gebied waar de regelgeving van de Europese Unie geldt. In andere landen of soms ook in Eu- ropese landen kunnen er andere regels gelden. Informeer voor het gebruik van uw snelle Pede- lec naar de geldende wetgeving!

Pedelecs zijn vervoersmiddelen voor één persoon. Het meenemen van een tweede persoon op de fiets is enkel binnen het kader van de desbetref- fende nationale wetgeving toegestaan. Als u bagage wilt vervoeren, vereist dit een ge- schikte uitrusting op de Pedelec. Kinderen mogen in een kinderzitje of in een aanhan- ger worden meegenomen. Let hier op een hoogwaardige kwaliteit! Let ook op het toe- laatbare totale gewicht. Toegestane totaalgewicht: Gewicht bestuurder + gewicht Pedelec + ge- wicht accu + gewicht bagage + ge- wicht fietskar (indien fietskar is toegestaan) (zie pagina 51) stemd is. Lees meer hierover in het hoofd- stuk “Gebruik volgens de voorschriften” in de oorspronkelijke gebruikershandleiding. Bij het reglementaire gebruik hoort ook het opvolgen van de gebruiks- en onderhouds- voorschriften die in deze handleiding zijn beschreven. Informeer tevens andere ge- bruikers van de fiets over het reglementair gebruik hiervan en de risico’s die zij lopen indien ze deze regels niet naleven. Gevaren van een onjuist gebruik Gebruik de Pedelec uitsluitend voor het doel waarvoor deze be-

13

De fabrikant en rijwielhandelaar zijn niet aan- sprakelijk voor gebruik dat voorbijgaat aan de voorschriften. Dit geldt vooral voor het niet na- komen van de veiligheidsinstructies en daaruit voortvloeiende schade, bijvoorbeeld door: • gebruik op onverhard terrein, • overbelading of • het ondeskundig verhelpen van gebreken. Pedelecs zijn niet bestemd voor extreme belas- tingen, zoals bijv. rijden over trappen of spron- gen, voor ruw gebruik zoals georganiseerde wedstrijden en voor het uitvoeren van stunts en sprongen tijdens kunstfietsen. Deelname aan sportevenementen is alleen toegestaan mits de fabrikant hiervoor toestemming heeft gegeven. Type 3: Mountain-Pedelecs

Pedelecs die zo zijn uitgerust als voorgeschre- ven in de nationale wetgeving mogen op de openbare weg en op goed begaanbare terreinen, zoals bijv. op veldwegen worden gebruikt. De fabrikant en rijwielhandelaar zijn niet aan- sprakelijk voor gebruik dat voorbijgaat aan de voorschriften. Dit geldt vooral voor het niet na- komen van de veiligheidsinstructies en daaruit voortvloeiende schade, bijvoorbeeld door: • gebruik op onverhard terrein, • overbelading of • het ondeskundig verhelpen van gebreken. Pedelecs zijn niet bestemd voor extreme belas- tingen, zoals bijv. rijden over trappen of spron- gen, voor ruw gebruik zoals georganiseerde wedstrijden en voor het uitvoeren van stunts en sprongen tijdens kunstfietsen. Deelname aan sportevenementen is alleen toegestaan mits de fabrikant hiervoor toestemming heeft gegeven . Type 2: City- en Tour-Pedelecs

Onjuist gebruik, overbelasting of het niet onderhouden van de fiets kunnen leiden tot ongelukken met ernstig letsel.

De elektrische onderdelen zijn uit- sluitend gemaakt en toegestaan voor het gebruik in fietsen met elek- trische trapondersteuning, zgn. Pedelecs of EPAC’s van de firma Fischer. Deze mogen niet voor andere doeleinden gebruikt wor- den. Gebruik tijdens wedstrijden of voor commerciële doeleinden is niet toegestaan. De gegevens uit deze gebruiksaanwijzing gelden alleen voor de Pedelectypes die op de omslag vermeld zijn. Gegevens van aparte Pedelectypes worden op dezelfde manier aangegeven. Onder gebruik volgens de voorschriften valt ook het opvolgen van de bedienings-, onder- houds- en servicevoorschriften die in deze ge- bruiksaanwijzing zijn beschreven. Type 1: Trekking-Pedelecs

Pedelecs met een veerweg tot 120 mm die zo zijn uitgerust als voorgeschreven in de nationale wetgeving mogen op de openbare weg en op middelzware terreinen, zoals bijv. op veldwegen, trails en crosscountryparcoursen worden ge- bruikt.

Indien ze zijn uitgerust volgens de vereisten van de nationale wetgeving, mogen adequaat uitgeruste Pedelecs aan het openbare wegverkeer deelne- men en op verharde wegen worden gebruikt.

14

Aanpassing aan de fietser De bevestiging van zadelpen, zadel, stuurpen en stuur kan met snelspanners of boutverbindingen worden uitgevoerd. Lees voor alle stuurpennen altijd de gebruikershandleiding van de fabri- kant. Laat werkzaamheden aan het stuur en de stuurpen alleen uitvoeren door een deskundige/Fischer-servicemonteur!

Er mag over kleine hindernissen zoals boom- wortels, stenen of treden worden gereden. Het dragen van adequate beschermingsuitrusting (geschikte helm, handschoenen) is verplicht. De fabrikant en rijwielhandelaar zijn niet aan- sprakelijk voor gebruik dat voorbijgaat aan de voorschriften. Dit geldt vooral voor het niet na- komen van de veiligheidsinstructies en daaruit voortvloeiende schade, bijvoorbeeld door: • het rijden op zwaar terrein, hoge sprongen, downhill of bikepark; • overbelading of • het ondeskundig verhelpen van gebreken. Pedelecs zijn niet bestemd voor extreme belas- tingen, zoals bijv. rijden over trappen of spron- gen, voor ruw gebruik zoals georganiseerde wedstrijden en voor het uitvoeren van stunts en sprongen tijdens kunstfietsen. Deelname aan sportevenementen is alleen toegestaan mits de fabrikant hiervoor toestemming heeft gegeven. Neem contact op met onze ser- vice-hotline als u niet zeker weet welk type Pedelec u heeft en wat u er wel en niet mee mag. Voordat u met uw fiets aan het wegverkeer gaat deelnemen, moet u zich op de hoogte stellen van de gel- dende nationale voorschriften. Fiets alleen op trajecten die zijn vrijgegeven voor voer- tuigen. In sommige gevallen kunnen specia- le regels gelden.

Mogelijke standen van snelspanners

Snelspanners en steekassen gebruiken Snelspanners en ook steekassen zijn voorzie- ningen die via een schroefverbinding onderde- len aan een Pedelec vastzetten. Deze worden bediend met behulp van twee elementen: met de snelspanhendel oefent u de benodigde klem- kracht uit, en met de instelmoer regelt u hoe sterk deze worden aangeklemd. U voert deze afstel- ling uit als de snelspanhendel geopend is. De snelspanner sluit met de correc- te houdkracht, als vanaf halverwe- ge de gehele hendelbeweging te- gendruk wordt gevoeld en aan het einde van de hendelbeweging de kracht van de bal van de hand nodig is om de hendel hele- maal te sluiten.

Mogelijke standen van boutverbindingen voor aanpassing

*zie pagina 39

15

Steekassen

• Alle snelspanners moeten goed gesloten zijn, voor u gaat rijden. • Controleer of alle snelspanners en steekassen goed vastzitten, ook als de Pedelec, al is het maar gedurende een korte tijd, ergens zonder toezicht heeft gestaan. • In gesloten toestand moet de snelspan- hendel dicht bij het frame, de voorvork of zadelpen liggen! • In gesloten toestand moet de punt van de snelspanhendel altijd naar achteren wijzen. Dan kan deze door contact tijdens het rijden niet opengaan. • De snelspanhendel voor het wiel moet aan de andere kant van de remschijf gemonteerd worden. Dit voorkomt dat u zich brandt aan de remschijven. De klem- kracht van de snelspanners kan beïn- vloed worden als deze door de remschijf verhit wordt.

Als uw Pedelec met één of meerde- re steekassen uitgerust is, lees dan vóór de bediening en het onder- houd de handleidingen van de onderdelen- fabrikanten. In de huidige frames worden in plaats van snel- spanners of schroefverbindingen ook steekas- sen gebruikt, die meestal op dezelfde manier functioneren en bediend moeten worden als snelspanners. De as wordt in het uitvaleinde gestoken of ge- schroefd en fixeert de naaf tussen de beide uitva- leindes. De naaf en de as worden gedeeltelijk met een snelspanhendel vastgeklemd, die op dezelfde manier bediend wordt als een normale snelspan- ner. Er is ook een systeem waarbij de as alleen ingestoken of ingeschroefd wordt en vervolgens met een schroefverbinding vastgezet wordt. Lees hiervoor de meegeleverde handleiding van de onderdelenfabri- kant en neem bij vragen over het systeem contact op met onze service-hotline.

Instelbout vergrendelen

Als uw Pedelec wielen of andere on- derdelen vastzitten met een snel- spanner, dan kunnen deze worden

aangesloten bij het afstellen van het wiel.

Instelbout aantrekken

16

4. Schuif de as vanaf de juiste kant tot de aan- slag in de naaf, tot hij in het andere uitvalein- de zit.

Als u rijdt met een wiel dat op een ondeskundige wijze is ingebouwd, kan het bewegen of losschieten van het voertuig. Dit kan leiden tot schade aan de Pedelec en ernstige of levensgevaarlijke verwondingen van de berijder. Daarom is het belangrijk dat u de volgende instructies in acht neemt: • Let erop dat de assen, de uitvaleindes en de snelspanmechanismes schoon en vrij van vuil en viezigheid zijn. • Indien u vragen heeft over de juiste be- vestiging van het voorwiel met het ge- bruikte steekassysteem kunt u contact opnemen met onze service-hotline. • Bevestig uw voorwiel op de juiste wijze. Rijd niet met de fiets als u er niet zeker van bent dat het wiel op de juiste manier bevestigd is en niet los kan komen. Inbouw 1. Plaats het wiel in het uitvaleinde. De naaf moet vast in het uitvaleinde zitten. Let er bij schijfremmen op dat de remschijf op de juiste wijze en tussen de remvoeringen in het schijf- remzadel wordt gemonteerd. 2. Controleer of de remschijf, naaf of bevesti- gingsschroeven van de remschijf niet onder- aan tegen de voorvorkbenen stoten. Als u niet weet hoe u de schijfremmen van uw Pedelec moet plaatsen, lees dan de handleiding van de fabrikant van uw remmen. 3. Draai de snelspanhendel in de geopende po- sitie. Controleer of de hendel in de daarvoor bestemde gleuf in de as valt.

Voorbeeldafbeelding van een steekas met snelspanhendel en inbussleutel voor het instellen

Gebruik geen andere gereedschappen om de as aan de uitsparing in de voorvork te bevestigen. Als de as te vast wordt aangetrokken, kunnen de as en/of de uitsparing in de voorvork beschadigd raken. Na het sluiten mag de snelspanner niet worden versteld of gedraaid. Als de snelspanner wordt gedraaid, kan de as los komen te zitten wat grote ge- volgen heeft voor de veiligheid. Dit kan lei- den tot zwaar en/of dodelijk letsel.

Steekas in het uitvaleinde van de voorvork, zonder naaf, Rock Shox ® voorvork

5. Sluit nu de snelspanhendel door hem om te klappen. Als u hem sluit, moet u tegendruk voelen op het moment dat de snelspanhendel in de middelste positie staat (verlengde van de as). De snelspanhendel moet een duidelijke afdruk achterlaten op uw handpalm. Als u in de 90-graden positie geen weerstand voelt en als de hendel geen duidelijk zichtba- re afdruk op uw handpalm achterlaat, is er niet genoeg spanning. Verhoog de spanning, zoals beschreven in de handleiding van de voorvork- fabrikant.

Demontage 1. Open de snelspanhendel. 2. Trek vervolgens de as uit de naaf.

Controleer de stevige positie van alle snelspanners en steekassen, ook als de Pedelec slechts kort zonder toe- zicht werd gelaten. Rijd alleen als alle snel- spanners goed gesloten zijn.

17

Pedalen monteren Als uw Pedelec is geleverd met losse pedalen, dient u deze met een geschikte steeksleutel te monteren. Let erop dat de pedalen in verschillen- de richtingen worden vastgeschroefd en met een hoog aandraaimoment moeten worden vastge- draaid (zie pagina 39). Voorzie beide schroef- draden van montagevet.

Zitpositie instellen Voordat u uw Pedelec voor de eerste keer ge- bruikt, moet de zadelstand op uw lichaamsbouw worden afgesteld. Alleen zo kunt u veilig en on- gehinderd fietsen. Daartoe moeten de hoogte, de horizontale in- stelling en de hoek van het zadel worden inge- steld, alsook de hoogte en positie van het stuur met de stuurpen.

Rijrichting

De knie moet boven de as van het voorste pedaal komen

Bepaal de juiste zithoogte Stel het zadel in op de geschatte juiste hoogte. Ga op de Pedelec zitten. Laat u hierbij door ie- mand vasthouden of steun tegen een muur of een hek. Verplaats het pedaal naar de laagste stand en zet uw hiel erop. Uw been moet nu gestrekt zijn. Als uw voet in de juiste rijpositie staat, moet het been licht gebogen zijn. Als u met het breedste deel van uw voet op de pedaal staat, heeft uw voet de juiste rijpositie.

Voor de montage en het gebruik van steekpedalen en vouwpedalen dient u de montage- en gebrui- kershandleiding van de fabrikant te lezen. Lees bij het gebruik van pedalen met clips en riempjes de bijbeho- rende handleidingen van de onder- delenfabrikanten. Oefen het in- en uithaken van de voeten en het gebruik van de riem- sluiting eerst op een veilig, verkeersvrij ter- rein. Strak aangetrokken pedaalriemen la- ten de voeten NIET los! Met mogelijke valpartijen en verwondingen als gevolg.

90˚

90˚

Correcte zithoogte

Kniehoek bovenste been min. 90°, armhoek 90°

*zie pagina 39

18

Kinderen en mensen die niet zeker zijn tijdens het fietsen, moeten met hun tenen bij de grond kunnen. An- ders bestaat bij het stoppen de kans op val- len en ernstig letsel. De zadelhoogte dient te worden afgesteld op het lichaam van de be- stuurder; hij of zij moet kunnen rijden zonder dat dit de rijveiligheid of gezondheid beïn- vloedt. De zadelpen dient altijd minstens zover uitgeschoven te zijn dat hij nog steeds stevig vastgeklemd zit door de zadelpen- klem. Zadelhoek instellen Als u de zadelhoogte hebt ingesteld, moet de zadelhoek worden getest en ingesteld. In princi- pe moet het oppervlak van het zadel waterpas staan. Dit kunt u afstellen als de zadelklembou- ten (zadelhoek) van de zadelpen zijn geopend.

Lees voor het instellen en bedienen van de geveerde zadelpennen en telescoop zadelpennen de handlei- ding van de fabrikant van het onderdeel door. Trek de zadelpen niet verder uit de framebuis dan tot de maximummar- kering die in de buis staat gegrift! Als er geen maximummarkering aanwezig is, moet u de pen altijd minimaal 7,5 cm in de framebuis laten steken.

Patentpen met 1-boutsbevestiging

Bevestiging met zadelstrop

STOP

7,5 cm

Bij fietsen met achterwielvering mag de zadelpen ook wanneer de achterwielvering volledig is inge- veerd nooit het veerelement raken!

Geveerde zadelpen

Voordat u wegrijdt, moet u testen of de zadelpen en het zadel goed vastzitten. Houd daarvoor het zadel aan de voor- en achterkant vast en contro- leer of u het kunt draaien. Het zadel mag niet bewegen.

Patentpen met 2-boutsbevestiging

*zie pagina 39

19

Stuurpositie / stuurpen instellen Op uw Pedelec kunnen verschillende soorten

Hoogteverandering mogelijk via: • Het wisselen van de gemonteerde Spacer on-

1. Open de snelspan- hendel van de Speedlifter 1 .

der of boven de stuurpen • Draaien van de stuurpen • Vervangen van de stuurpen Verstelbare stuurpennen

1

stuurpennen zijn gemonteerd: Stuurpennen met expander

2. Draai de hendel 90 graden tot hij zicht- baar en hoorbaar niet verder kan en de vergrendelings- pal 2 aan de stuur- pen zichtbaar is.

2

90°

STOP

In hoogte verstelbaar

Een verandering aan de stuurpen zorgt altijd voor een verandering in de stuurpositie. Handgrepen en uit- rustingen moeten altijd goed bereikbaar zijn en goed werken. Zorg ervoor dat alle kabels en buizen lang genoeg zijn om alle mogelij- ke stuurbewegingen te kunnen uitvoeren. Lees voor alle stuurpennen altijd de ge- bruikshandleiding van de fabrikant.

Als de vergrendelingspal 2 niet gemakkelijk beweegt of niet goed omhoog kan, hoewel de hendel

Verstellen van de stuurpenkanteling is mogelijk

maximaal is opengedraaid, kan hij vaak met wat sprayolie los worden gemaakt. Wanneer hij desondanks niet gemakkelijk en vanzelf vergrendelt, mag u niet gaan fietsen. Neem in dat uitzonderlijke geval contact op met onze service-hotline. 3. Zet het stuur / de stuurpen op de gewenste hoogte 3

Lees voor alle stuurpennen altijd de gebruikershandleiding van de fabri- kant.

Laat werkzaamheden aan het stuur en de stuurpen alleen uitvoeren door een deskundige/Fischer-ser-

A-Head-stuurpennen

vicemonteur!

3 . Let op de maxi- male lengte van de stuurpen.

Speedlifter Twist Met de Speedlifter kunt u eenvoudig het stuur in de juiste positie stellen en afhankelijk van het model ook de hoogte van het stuur aanpassen.

20

4. Sluit nu de

Sommige remmen zijn voorzien van remkracht- begrenzers (“modulators”). Dit onderdeel moet te hard remmen en dus gevaarlijk blokkeren van de wielen voorkomen. Bij krachtig ingetrokken remhendels of aan het einde van de hendelbe- weging kan de remkracht plotseling toenemen! Zorg ervoor dat u vertrouwd raakt met de ongewone remwerking. Zorg ervoor dat u de gebruikshandleiding van de fabrikant ontvangt en goed uitgelegd krijgt. De remhendels moeten zodanig worden ingesteld dat de handen, als recht verlengstuk van de armen, de remhendels veilig en moeiteloos kunnen bedienen. Zorg er vóór de eerste rit voor dat de remhendel gepositioneerd is. De remhendel rechts bedient de ach- terrem en de remhendel links bedient de voorrem. Als u de positie van de remhendels op het stuur wilt omwisselen, neemt u hier- voor contact op met een dealer.

Om de remhendel ook met kleinere handen veilig te kunnen bedienen, kan de remhendel met een stelschroef (in de hendel) dichter bij het stuur worden afgesteld.

snelspanhendel weer volledig om het stuur vast te zetten 4 .

Bij bepaalde modellen is het mogelijk de rem- hendels met speciale inrichtingen dichter bij het stuur te brengen. Stel de remhendels zo in, dat ze ook bij krach- tig intrekken niet in contact komen met de stuurgreep!

4

Stelschroef remhendel

Controleer voor u gaat fietsen of de stuurpen goed vastgedraaid zit. Ga daarvoor voor de Pedelec staan en doe het voorwiel tussen uw benen. Trek aan de uiteinden van het stuur en probeer het stuur ten opzichte van het voorwiel te ver- draaien. Het stuur mag niet gemakkelijk kunnen verdraaien! Indien het stuur en de stuurpen kunnen verdraaien, moet u niet gaan fietsen! Eerst moeten de klembouten van de voorvorkbuis bij de stuurpen goed worden aangedraaid. Dit kan alleen met een momentsleutel.

Let erop dat bij het verstellen van de rem- of schakelhendel deze elkaar niet hinderen in het functioneren.

Terugtraprem Als uw Pedelec met een terugtraprem is uitge- rust, remt u door de pedalen naar achteren in plaats van naar voren te trappen. U hebt dan geen vrijloop en kunt de pedalen niet achteruit bewegen!

Bij de Speedlifter stuurpen is dit de on- derste klembout aan de Speedlifter. Het juiste aandraaimoment is hier 6–8 Nm.

Remhendels instellen Stel de remhendels zo in dat u deze vei- lig kunt pakken en moeiteloos kunt remmen. Maak u vertrouwd met de toewijzing van de remhendels voor voorwiel- en achterwielrem!

90˚

90˚

*zie pagina 39

21

Made with FlippingBook - Online Brochure Maker